Pyreneeën (11-17 september 2021)


Van Hendaye naar Girona in 6 etappes


Na de regenrijke Ride van de Stelvio naar de Cauberg in 8 dagen (1200 km) werd het na 5 jaar weer eens tijd voor een meerdaags fietsevenement. In 2017 en 2018 stond de Marmotte als uitdaging op het menu en in 2019 de 300 km lange klassieker Milaan - San Remo, welke alle veel pijn, lol en gespreksstof opleverden maar ook het verlangen naar een volgend meerdaags fietsevenement nieuw leven inbliezen.
Wanneer het idee precies ontstaan is weet ik niet meer - wellicht was het bij een (natte) fietsreünie van de Ride-groep - maar vanaf maart 2021 begint het mailverkeer met de organisatie van de Coast2Coast op gang te komen. Het betreft hier een fietsavontuur van een week van west naar oost door de Pyreneeën waaraan we met 8 personen willen gaan deelnemen. Naast de zes van de Ride (Arie, André, Jacqueline, Dim, Ferry en ik) zijn dat Janneke en Steven, ook afkomstig uit medische hoek.
Het enthousiasme loopt snel op en na wat over-en-weer-geapp komt de week van 11-18 september uit de bus voor onze Coast2Coast. Genoeg tijd resterend dus voor serieuze trainingen, waarbij sommigen er in de zomer niet voor terugdeinzen om (bergachtige) etappes in het schema in te bouwen van 200 km of nog ambitieuzer. Een maand voorafgaande aan het eveneent blijkt nog niet alles geregeld te zijn (beginnen we nu op zaterdag of zondag?) welk moment samenvalt met de komst van renner nummer 9 Christy, die een intensief mailcontact begint met de organisatie en alle ruis weet weg te werken. Op 22 augustus wordt er vast aan teambuilding gedaan middels een rondje Afrika van 60 km rondom Dordrecht en de weken erna volgen we elkaar nerveus via Strava voordat op vrijdag 10 september iedereen koers zet naar Girona, hetzij per auto of vliegtuig.
De dag vooraf geven 2 wattenstaafjes aan dat er zich geen spike-eiwitten in mijn neus bevinden en mag ik mij dus voor 1 dag veilig wanen in Frankrijk. Laat maar komen die Pyreneeën!
Half 5 vrijdagochtend zet Jacqueline zich achter het stuur van de Skoda met medenemen van fiets, bagage, koffie, kwartktaart, drop, wortels en paprika`s. Nooit een saai moment met haar en uitgezonderd wat opstoppingen en omwegen in Parijs vliegen de 1400 km eigenlijk voorbij. Net voor de Spaanse grens doemen onheilspellende donkergrijze bergmassa`s op en gaat er even een siddering door de buikstreek bij de gedachte aan de helse beklimmingen die de komende week op stapel staan. Rond half 8 zijn we in Girona bij de werkplaats van Campobicicleta waar André al veel eerder is gearriveerd. We laden onze fietsen en bagage uit en maken kennis met Paul die echter niet onze begeleider zal zijn de komende week. Eppe zal ons morgenochtend met de bus komen ophalen bij het hotel, waar we nu, na achterlating van de auto`s, met z`n drieën naar toe lopen. Girona blijkt een sfeervolle stad te zijn wat we vooral ervaren op `het plein van geroezemoes`, genoeglijk zittend op een terras met bier en warme broodjes.
Einde avond ontmoeten we elkaar allemaal voor de deur van het hotel. Negen getrainde fietsers, variërend in leeftijd van bijna 40 tot bijna 70, en allen lichtelijk nerveus voor wat de bergreuzen straks voor ons in petto hebben.
Na het eerste gezamenlijke ontbijt komt de bus met 9 fietsen en Eppe om 8 uur aanrijden en duurt het tot 4 uur `s middags voor we arriveren bij het hotel Campanile in Hendaye. Voor 8 fietsers volgt nu de proloog van 44 km en voor mij een zoektocht naar een farmacie voor een nieuwe negatieve test. Tijdens de wandeling besef ik opnieuw hoe absurdistisch of tragisch de omstandigheden zijn waarin we nu al anderhalf jaar verkeren. Ik moet dat gevoel (of eigenlijk de ratio) deze week echter zien te parkeren en het in positieve energie zien om te zetten zodat ik straks de bergen opvlieg. De farmacie blijkt gesloten te zijn en de eerstvolgende testmogelijkheid is pas dinsdag. Dat wordt een lastig dingetje...
Terug bij het hotel is de groep nog niet weg en vinden we een mooie oplossing voor de komende week. Ik rij deze middag een eigen proloog van 30 km en ga bepaald niet soepel de eerste heuvels op. Morgen de eerste echte etappe.

1. Hendaye - Oloron Sainte Marie (134 km)

Vandaag nog een Ardennen-achtige etappe waarin we niet hoger komen dan 400 meter, maar met 2200 hoogtemeters en enkele venijnige korte steile klimmen bij een tropische temperatuur zeker geen twee-vingers-in-de-neus-ritje. Gaat de Col d`Ipharlatze halverwege nog enigszins op souplesse, bij de volgende moet ik alle zeilen bij zetten om op het kleinste verzet (34-30) in het wiel te blijven van Steven en André. Zeker wanneer het gewenste eindpunt bij een symbolisch kruis geen top blijkt te zijn en er nog bijna een kilometer moet worden doorgeklommen is het breekpunt zeer nabij. Hijgend als een stoomlocomotief weet ik in het spoor te blijven, waarbij alle lichaamssignalen minutenlang op rood staan.

Heet en zonnig blijft het de hele dag met als gevolg dat bij het naderen van Oloron de eerste krampverschijnselen aan de binnenkant van de bovenbenen de kop opsteken. Bij hotel Alysson aangekomen zegt de fitheidsmeter van Christy dat na deze inspanning 4 dagen rust gewenst is wat precies mijn gevoel op dat moment weerspiegelt. De dag wordt afgesloten met een sfeervol buitenetentje aan een kerkpleintje in het centrum. Bijgebleven zijn me het fietsongeluk van Eppe waarbij zijn sleutelbeen verbrijzeld werd, het rijke wielerverleden van Christy, de generatiekloof rondom de contrabas van de Amazing Stroopwafels en de lege tap.

2. Oloron Sainte Marie - Argelés Gazost (98 km)

Ik ben geen ochtendmens dus een wekker van half 8 klinkt nooit als muziek in mijn oren maar op de dag van de eerste Pyreneeënetappe is het gevoel zeg maar gerust onaangenaam. Tegen heug en meug werk ik het ontbijt weg wetende dat de koolydraten vandaag hard nodig zijn. Na 15 km warmrijden doemt de Marie Blanque op. Slechts 9 km lang en met een gemiddelde stijging van bijna 8 procent. Het gluiperige eraan is dat de eerste 5 km duidelijk onder dat gemiddelde zitten en het bijna euforische gevoel, dat hoort bij een vlotte pedaalslag in een prachtige bosrijke omgeving, vier kilometer voor de top dus eensklaps omslaat in een zweetdruppelrijke slijtageslag op het kleinste verzet en maximale zuurstofopname. Op de top wacht de beloning in de vorm van de eerste verzorgingspost van de dag waar Steven al bijna net zo uitgerust oogt als Eppe.
Langzaam druppelt iedereen binnen en wordt het ontbijt nog even dunnetjes overgedaan voordat koers wordt gezet naar het volgende serieuze obstakel: de Aubisque (1700m hoog en 15 km lang met stijgingspercentage 8). Aan het begin ervan voel ik al dat deze niet gemakkelijk gaat worden. Te hard gegaan op de Marie Blanque? Nog vermoeid van gisteren? Of gewoon niet genoeg hoogtemeters getraind? Hoe dan ook, het lichtste verzet gaat er al snel op en tergend langzaam trekken de kilometerbordjes voorbij. Twee kilometer voor de top breekt er een regenbui los wat op dat moment eerder verfrissend dan vervelend is. Op de top tril ik echter al snel als een rietje en komt de aanwezigheid van het busje wel erg goed uit. Niet alleen om even droog te zitten maar ook vanwege de aanwezigheid van een zalig droog fietsshirt.
De kou van de afdaling duurt gelukkig maar kort want er volgen nog 2 heuveltoetjes die lang niet zo veel mentale en/of fysieke schade aanrichten. Het mooiste gedeelte van de etappe zit in de staart tijdens de rustieke, slingerende afdaling langs een snel stromend beekje naar het hotel toe. Dat verstopt blijkt te zitten in een al even pittoresk smal straatje. Al met al een dag van contrasten die herinneringen opriep aan de memorabele Ride en niet alleen vanwege die regenbui. Het wordt pittig morgen...

3. Argelés Gazost - Bagnéres-de-Luchon (122 km)

Het is zover, de dag van de Koninginnenetappe! Nestor en slaapmaatje Dim kent de Tourmalet al en begint vandaag op 2100 m. De weersverwachting is discutabel maar bij de start is het droog en onder een wolkendek peddelen we de eerste 20 km met enige spanning in het lijf naar de voet van de bekendste berg van de Pyreneeën. Misschien omdat het de eerste klim van de dag is, misschien omdat het koeler is, misschien omdat de klim geleidelijker is maar hij kost me duidelijk minder moeite dan de Aubisque gisteren. Op het verzet 34-27 kom ik na 19 km klimmen boven waar een kermiskoers is opgetuigd door de organisatie van de Pyreneeën-Ride. Jasjestemperatuur op de top dus het wordt een korte stop bij de verzorgingspost voordat de duizelingwekkende afdaling wordt ingezet. Prachtig brede lange wegen waar bakstenen Ferry en André snelheden van boven de 90 km/u weten te halen.
Kort daarna volgt een nieuwe lange beklimming van ruim 20 km, te weten de Hourquette met een gemiddelde stijging van 4%. De laatste kilometers steekt er rechts tussen bil en rug een scherpe pijn op die ik tijdelijk weg kan krijgen door uit het zadel te gaan. Hobbel 2 genomen en nog 2 te gaan terwijl de fietszin naar een bedenkelijk niveau begint te zakken. De groep is inmiddels in tweeën gesplitst met Arie, Dim en Jacqueline in de achtervolgende groep. Laatstgenoemde zal zich thuis hebben gevoeld in klim 3 waar de koeien nieuwsgierig oog in oog staan met de passerende fietsers. Koeiebellen, glooiende weidevelden, grijze wolkendekken en afwezigheid van motorische geluiden bepalen de landelijke sfeer. De verzorgingspost blijkt vervolgens verder weg te staan dan gepland wat vooral André slecht uitkomt, daar hij met een dreigende hongerklop kampt. Uiteindelijk staat de bus op kilometer 100 aan de voet van de Peyresourde en komt daar de hele groep weer samen. Eppe vertelt een lange mop over een vrouw met een geslachtsorgaan, Arie scheldt wat op zijn lekke Cube-bandje en André valt aan op het brood, fruit en pinda`s. Zelf vul ik mijn bidon met water, daar de energiedrank onderhand mijn oren uitkomt.
De laatste beklimming valt mee en in een soort overwinningsroes bereik ik de top. Zo lang naar uit- en tegenop gekeken en nu voltooid; bijna 4000 hoogtemeters in 1 fietsdag.


4. Bagnéres-de-Luchon - Espot (99 km)

Vrijwel direct na het ontbijt in hotel Panoramic begint de beklimming van de Col du Portillon hoewel dit even twijfelachtig is als we op een bord met `ROUTE BARRÉE` stuiten. Een bruinogige agent met sik in een patrouillerende auto weet vooral Janneke en Christy direct te overtuigen dat dit genegeerd kan worden en dus trappen we door naar Spanje.
Na de ervaringen van gisteren mag dit een heerlijke klim van 10 km (6,5% gemiddeld) genoemd worden in een bosrijke omgeving zonder passerende auto`s. Prachtig weer ook en eigenlijk wat te warm zelfs aan het begin van de 23 km (!) lange Puerto de la Bonaigua. De minder rappe klimmers zeggen meteen `tot straks` en ik probeer de komende 2 uur aan te haken bij Steven en André. Eerstgenoemde rijdt een prettig tempo en tot 3 km voor de top volg ik met de ogen strak gericht op zijn achterblad, terwijl het zweet op mijn Wahoo druppelt. Als André daar besluit het tempo iets op te voeren moet ik passen en steekt gelijktijdig de pijn tussen bil en rug weer de kop op. De geest wil harder maar het lichaam sputtert tegen. Op de top (ruim 2000m) staat Eppe weer met bevoorrading en weten we dat het zwaarste deel van de etappe geweest is.
Er volgt nog wel een klim van zo`n 10 km bij 30 graden plus maar daar draaien we onze hand niet meer voor om. We eindigen deze dag in Espot waar Ferry 2 jaar terug een dramatische vakantie beleefde. Hij gaat met Janneke en Dim naar de herdenkingsplek en de anderen rijden melancholisch de laatste kilometer naar het hotel.
Ter plekke smaakt zelfs een blikken San Miguel fantastisch en `s avonds blijft het gezellig als we Real van Inter zien winnen en de wervelende show van Ajax in Portugal via Teletekst meekrijgen. Een gedeelde fles rode wijn met Jacqueline zal er voor zorgen dat we morgen weer de bergen opvliegen.

5. Espot - Puigcerdà (132 km)

Het ontbijt is dermate calorierijk dat de eerste dalende 30 km van de 5e etappe moeizaam verlopen. Bij de start is het fris en is een jasje voor de hand liggend maar na een km of 10 kan het lichaam zijn warmte niet meer kwijt en moet ik stoppen om me te ontdoen van de ballast. De groep rijdt door en in eigen tempo met het ontbijt dicht tegen mijn keel aan rijd ik door tot we weer samensmelten aan de voet van de Port del Canto. Wederom een lange klim van 20 km met een stijgingspercentage van 5,5. Zelfde fysieke reacties als gisteren; ritme in 34-27 is prima vol te houden maar gedurende de laatste kilometers komt de pijn rechtsonder in de rug weer terug. Dim heeft inmiddels gediagnosticeerd dat het mijn SI-gewricht betreft en dat mijn heup wat gedraaid staat. Werk voor een manueel therapeut. Overigens gaat het klimmen me in de loop van de week steeds gemakkelijker af wat overeenkomt met de ervaringen tijdens de Ride. Misschien bij een volgende meerdaagse bergkoers toch wat meer trainingen doen in Limburg.
De laatste 50 km naar Puigcerdà toe gaat de weg of vlak of licht omhoog over een brede weg en is het vooral Ferry die het tempo aangeeft. Misschien wel het saaiste stuk van de CoastToCoast wat extra nadruk krijgt als de zich samenpakkende donkere wolken uitgroeien tot een serieuze regenbui en we het laatste half uur zijknat worden.
De sfeer in Puigcerdà (Catalonië) maakt veel goed. Geen toerisme, goed(koop) eten, vriendelijke bediening en toch midden in de Pyreneeën.

6. Puigcerdà - Girona (150 km)

Altijd fijn om bij ontwaken vanuit de hotelkamer te mogen constateren dat het droog is en de bergtoppen zich aftekenen tegen de lichte lucht. Ook de (hand)schoentjes blijken in de nacht vrijwel te zijn opgedroogd, iets waar we aan het einde van de Ride alleen maar van konden dromen.
Vandaag dalen we af naar Girona (net boven zeeniveau) en staat aan het begin de laatste serieuze klim te wachten van ca. 20 km (Col de la Creueta). Deze blijkt opgedeeld te zijn in 2 stukken van 10 km met tussendoor een korte afdaling. De eerste helft loopt als een zonnetje (34-21) vanwege het fijne stijgingspercentage, de schaduwrijke bosomgeving en het weinige verkeer. Ook Arie komt hier uitermate goedgemutst boven wat bij de meeste lange beklimmingen de afgelopen week wel anders was. In tegenstelling tot vrijwel alle korte klimmetjes waar de Arietjes niet van de lucht waren en hij zich ook niet liet ontmoedigen als bv 1 van de jonge dames hem wist af te troeven in zo`n sprintje.
De tweede helft van de beklimming is iets steiler en eindigt op een kale vlakte die mij enigszins doet denken aan de laatste kilometers van de Galibier. Op de top zijn het weer de koeiebellen die de sfeer bepalen en dankzij de helblauwe septemberzon zien we de Pyreneeën op zijn mooist. Panoramisch hoogtepunt van de week is wellicht de hieropvolgende tientallen kilometers lange afdaling. Het wordt zelfs feeëriek als vlak voor me een hert ruggelings in de greppel beland en zich direct razendsnel opricht om gracieus over de rotsen weg te dartelen. Kort daarna moet ik vol in de remmen omdat Dim zich strategisch bij een afslag heeft opgesteld waar we via een gladde gloednieuwe asfaltweg uitrollen naar de eerste verzorgingspost deze dag.
Veel calorische aanvulling is niet nodig deze keer. De benen voelen nog goed en de energievretende lange cols behoren tot het verleden. Bij verzorgingspost 2 op 115 km krijgt Eppe een groepspresentje voor zijn goede zorgen deze week en de laatste 30 km wordt er op verzoek van André nog even stevig doorgekoerst op het licht dalende parcours. Een vlammende finale dus die eindigt met een korte felle klim van 20% naar het hotel.
Met de fietsen hoog in de lucht vieren we daar, na 750 km fietsen en 15000 hoogtemeters, het voltooien van de CoasttoCoast . Palau de Bellevista is schitterend gelegen met een terras dat uittorent boven de stad Girona. We nemen daar naast het zwembad een smakelijk tapbiertje en bezoeken `s avonds een tapas-restaurant op het zelfde sfeervolle plein als van vorige week. Vele visvarianten worden aangevoerd en de Rioja-wijn vloeit rijkelijk. Wat een heerlijke dag.
De volgende ochtend rij ik met Dim om half 7 uit Girona weg en 15 uur later zet ik hem af in Sleeuwijk. De weegschaal in Maassluis geeft daarna plus 3 kg aan tov vorige week. Hoe dat zo?